De paragraaf grondbeleid geeft op hoofdlijnen inzicht in de ontwikkelingen bij het Grondbedrijf. De basis voor deze begroting zijn de jaarschijven 2024 tot en met 2028 en het resultaat van de grondexploitaties bij de Jaarrekening 2022.
Managementsamenvatting
Voor de Begroting 2024 verwachten we wederom een minder stabiele positie van het Grondbedrijf dan in eerdere jaren. Dit is vooral het gevolg geweest van kostenstijgingen, druk op de grondopbrengsten en veranderingen in de planning van de projecten. Ook zijn de risico's nog altijd hoog. Op basis van de Jaarrekening 2022 is het de verwachting dat de reserve Grondbedrijf per 1-1-2024 toegenomen zal zijn tot een bedrag tussen de € 11,7 miljoen en € 18,3 miljoen (rekening houdend met de storting van € 15 miljoen vanuit het jaarrekening resultaat). Ten opzichte van de Jaarrekening 2021 zijn de risico's van het grondbedrijf circa € 18,5 miljoen toegenomen tot € 20,9 miljoen bij een zekerheidspercentage van 75%. De omvang van de reserve is momenteel onvoldoende groot om de risico's binnen het grondbedrijf op te vangen.
Het totaal van exploitatieresultaten en risico's laat een negatieve vermogenspositie per 1-1-2023 zien van € 12,5 miljoen. Als rekening gehouden wordt met de storting vanuit het jaarrekening resultaat is dat € 2,5 miljoen positief. Een jaar eerder (1-1-2022) bedroeg de vermogenspositie nog € 25 miljoen positief. De verslechtering is voor een groot deel het gevolg van de huidige macro-economische omstandigheden en de verwachtingen naar de toekomst toe. Zo zijn binnen de grondexploitaties en de haalbaarheidsberekeningen de kosten in 2022 hoger uitgevallen door onverwacht hoge prijsstijgingen en zijn verwachtingen ten aanzien van toekomstige kostenstijging en opbrengstenstijging negatief bijgesteld. Daarnaast is sprake geweest van projectspecifieke tegenvallers. Hierover is gerapporteerd in de Prognose grondbedrijf 2023.